Wat is eigenlijk fascia?

In de afgelopen decade is fascia een ‚hot topic‘ geworden, in academisch onderzoek en ook in lichaamswerk. Er verschijnen tal van studies, en er is een heleboel nieuwe therapieën op het markt. Maar wat is eigenlijk fascia?

Dat is niet zo makkelijk te zeggen, want de nieuwe studies veranderen het beeld van fascia gaandeweg. Traditioneel wordt het meestal bindweefsel genoemd en heeft de functie de spieren en de organen te omhullen en op een plek te houden. Vroeger werd het niet als bijzonder interessant beschouwd. Men spraak van een dienende, ondersteunende functie. Een encyclopedie schrijft zelfs dat bindweefsel de tussenruimtes vult. Je zou het ook Assepoester orgaan kunnen noemen. Voor de langste tijd sneden de anatomen die ‚troep‘ weg om naar de ‚echte‘ organen en spieren voor te dringen. Maar Assepoester laat nu langzaam haar mooie kanten zien, en deze zijn echt fascinerend. Ik noem hier een paar punten en zal die in de volgende weken en maanden verdiepen:

  • Niet de botten dragen het lichaam, maar de fascia. Het is een heel dynamisch systeem van spanning een tegenspanning. De botten zouden de krachten niet eens kunnen opvangen, ze zijn meer afstandhouders, terwijl de fascia de hele structuren in het lichaam op hun plek houden. (Schulz, Feitis)
  • Het is al lang bekend dat fascia de organen in het lichaam verbindt. Daarom wordt het ook bindweefsel genoemd. Maar dit netwerk is heel omvattend en de verbindingen zijn heel fijndradig tot op het niveau van cellen. Nieuw onderzoek laat zien dat fascia met het interieur van de celen verbonden is. De fascia verbindt als een matrix zo te zeggen elke cel met elke andere cel in het lichaam. (Das, Ithychanda)
  • Fascia heeft een interessante structuur. Het is uit vloeibare kristallen (colagen) gemaakt en kan zijn opbouw constant veranderen. Het reageert op elke beweging en past zich an, blijft stevig en soepel tegelijk. Het wordt daarom ook levende matrix genoemd. (Ho)
  • Fascia transporteert vocht. Het is sowieso een heel vochtige substantie. Een kwart van het gebonden water in het lichaam zit in de fascia. Maar de fascia kan te veel of te weinig vocht hebben. Het kan opdrogen en verkleven. Onderrugpijn, nek of schouderklachten hebben vaak met verklevingen in de fascia te maken. In gezonde fascia vloeit water in een heel trage ritme. Cranio-therapeuten kunnen met dit ritme werken. (Schleip)
  • Al 100 jaar geleden heeft de stichter van de osteopathie gesteld dat er zonder twijfel zenuwen in de fascia moeten zitten. Lang was dat niet de officiële leermening. Maar recente onderzoek laat zien dat veel mechano- en pijnreceptoren in de fascia zitten. Nu wordt fascia zelfs als de meest geïnnerveerd weefsel in het lichaam gezien. Vanuit de fascia communiceren deze zenuwen constant informatie over positie: waar in de ruimte bevindt zich de arm, het been of het hoofd. Je zou de fascia ook onze grootste zintuig kunnen noemen. (Schleip, Langevin)
  • Fascia communiceert: het gebruikt daarvoor elektrische ladingen en licht. Terwijl de zenuwen alleen maar de belangrijke en grotere signalen naar de hersenen brengen, reageert fascia ook op minuscule inputs. Het is een razendsnelle communicatie – daarentegen zijn de signalen van de zenuwen behoorlijk traag. Een grote hoeveelheid aan informatie ‚fluistert‘ door het netwerk van de fascia. En dat is misschien ook de basis van alle zachtere therapievormen. (Oschman)

Al deze punten wijzen erop dat de fascia een centrale rol bij de regulering en de integratie van het organisme speelt. Andrew Still, de stichter van de osteopathie heeft al voor honderd jaar voor de fascia gekozen als basis van zijn gezondheidsleer. „Door de actie van de fascia leven we, door zijn falen sterven we. De ziel van de mens met all het stromen van levend water lijkt in de fascia te huizen.“ (A.T. Still, The philosophy of osteopathy, 1899)